Wassen en drogen

Wassen, hoe doe ik het juist?

  • Lees het wasvoorschrift, bij twijfel niet wassen maar de zorgvrager raadplegen.
  • Sorteer de was op temperatuur, soort en kleur.
  • Behandel vlekken apart.
  • Was en centrifugeer de was.
  • Klop de was uit en laat de was drogen aan de lijn of in de wasdroger.
  • Strijk wat nodig is en vouw de was op.
  • Houd verstelwerk apart.
  • Ruim de schone was op.

Werktechniek

Was zo min mogelijk met de hand. Laat de was drogen aan de waslijn of in de droogtrommel. Droog wollen truien liggend op een handdoek of droogrek. Let op dat niet alle was in de droogtrommel gedroogd kan worden in verband met krimpen.

Arbo- tips

Werktactiek:

  • Sorteer het wasgoed op de juiste hoogte (ongeveer aanrechthoogte).
  • Plaats de wasmand bij het vullen van de machine dicht bij de opening.
  • Doe de wasmand niet te vol (maximaal 10 kg) wanneer er ver met natte was gelopen moet worden.
  • Zet de wasmand bij het ophangen van de was op de juiste hoogte: bovenzijde wasmand op ellebooghoogte.
  • Gebruik een droogrek, wat stabiel op de grond staat of een waslijn tussen de 154 en 175 cm hoogte.
  • Ontspan de schouders even na het ophangen als de waslijn eigenlijk te hoog voor u is.
  • Houd wasknijpers bij de hand (aan een mandje aan de lijn of in een zak van het uniform). Laat wasknijpers (binnenshuis) aan de lijn zitten en hang dezelfde artikelen steeds op dezelfde plaats aan de waslijn op.
  • Bewaar te strijken wasgoed kreukvrij.

Werktechniek:

  • Zet de voeten in stabiele stand: spreid-schredestand, of kniel bij het vullen en leeghalen van de wasmachine.
  • Werk recht voor het lichaam, stel u steeds op in de richting van het werk, bijvoorbeeld bij het pakken en ophangen van het wasgoed.

Foto’s wassen en drogen